Cirque de la Liberté | Fotografie: Mees Nieboer
Met zijn wijde broek, enthousiaste haardos en expressieve grote ogen is Goos Meeuwsen (42) een vrolijke verschijning. Binnenkort strijkt hij met zijn Cirque de la Liberté voor de 10e keer neer aan de Arnhemse Rijnoever. Dit keer niet bij de ASM-haven, maar in een circustent op de stadsblokken. Een unieke plek die de Arnhemmer inspiratie gaf voor de nieuwe voorstelling ‘Wijk!’ die vanaf 26 september te zien is. ‘Een surrealistische, hedendaagse circusshow’. Wij spraken Goos, over Cirque de la Liberté, zijn passie voor het vak en natuurlijk over de nieuwe voorstelling.
Voor de 10e keer Cirque de la Liberté langs de oever van de Rijn. Dat kunnen we wel een traditie noemen. Hoe is dit idee ooit ontstaan?
‘Bijna 11 jaar geleden is het allemaal begonnen met het project ‘Fashionata’ in de Eusebiuskerk. Mijn vrouw (Helena Bittencourt red.) en ik kregen de vraag een voorstelling te maken tijdens het modefestival. Er moest een circusvoorstelling komen, die voor iedereen toegankelijk is. Juist ook voor mensen van buiten de modewereld. En zo ontstond Cirque de la Mode. De voorstelling sloeg zo aan dat we deze een vervolg wilde geven.
In onze zoektocht naar een geschikte locatie stuitten we op de prachtige plek aan de Rijn, bij de ASM-haven. Een ruige plek vol geschiedenis tussen de twee vrijheidsbruggen in; de John Frostbrug en de Nelson Mandelabrug. Wel echt een plek die over vrijheid gaat. Zo ontstond Cirque de la Liberté. Een soort modern circus waarbij vrijheid in iedere voorstelling op een of andere manier toch weer een rol speelt.’
Kun je een klein tipje van de sluier oplichten van jullie nieuwe voorstelling ‘Wijk!’? Zoals gezegd voor het eerst niet bij de ASM-haven, maar in een tent op de stadsblokken.
‘De afgelopen jaren wisten we al dat er een einde ging komen aan de mogelijkheid om op die plek bij het water te spelen. We speelden daarom al met het idee om dan uit te wijken naar de stadsblokken, het terrein waar afgelopen jaren Strand Zuid zat, en daar in een tent te gaan spelen.
We werken altijd met een vast groepje; Helena en ik als bedenkers en spelers en Joao Bittencourt en Miguel Boelens al vaste muzikanten. Daarbuiten vragen we altijd nog andere artiesten om mee te spelen. Vaak uit de regio maar ook regelmatig uit het buitenland. We zijn heel blij dat we dit jaar twee wereldsterren bereid hebben gevonden om naar Arnhem te komen: Claudio Carneiro, een Braziliaanse clown, oa bekend van Cirque du Soleil, en Spencer Novich, een acteur en clown uit New York. Zulke grote artiesten worden toch wel heel blij van zo’n voorstelling op een bijzondere locatie.
Op je Instagrampagina staat in je profielomschrijving ‘clown’. Toch ben je niet de klassieke clown zoals we die kennen uit het traditionele circus. Hoe zou jij jezelf omschrijven?
‘Ik zie mezelf meer als een clown-character. De traditionele clown speelt vaak één soort clownsact zijn hele leven lang, terwijl ik wat meer de vrijheid neem om iedere keer een ander personage aan te nemen waarbij ik de emoties en bewegingen van de mens uitvergroot.’
Je speelt nu al jaren als moderne clown, waar is dat idee ooit ontstaan?
‘Als 3-jarig jongetje werd ik door mijn ouders meegenomen naar een circus naast de Rijnhal. Ik herinner me nog dat er bij de ingang een clown stond die aan een orgeltje draaide. Ik vond het magisch en werd gegrepen door die hele sfeer.
Thuis schminkte ik mijn lippen rood met de lippenstift van m’n moeder en trok ik een groot t-shirt aan van mijn vader en zo speelde ik het na. En vanaf dat moment ben ik daar eigenlijk nooit mee opgehouden. Ik ging meedoen aan talentenjachten en ging lessen volgen bij een circusschooltje in het Spijkerkwartier. Constant Geerling gaf daar les. Hij begon later het Wereldsterrencircus en daar mocht ik de openingsact doen. Ik jongleerde met drie ballen terwijl er een paard om me heen liep. En zo heeft zich dat steeds verder ontwikkeld. Tot ik uiteindelijk, op de circusschool in Montreal ben beland. Daar heb ik heel veel geleerd over het moderne circus. Veel theater, dans, acrobatiek. Heel fysiek ook. Aanvankelijk oefen je alle facetten van het circus en uiteindelijk ga je specialiseren. En ik koos voor clown.’
Goos Meeuwsen als driejarige 'clown in de dop'
Cirque de la Liberté is door de muziek, het spel, de acrobatiek en de hele entourage een bijzondere beleving. Wat willen jullie overbrengen?
In de nieuwe voorstelling WIJK! zitten we dus binnen in een tent met z’n allen en we stellen onszelf de vraag: wat zou er buiten die tent zijn? Zijn we daar bang voor? Wat kunnen we ons voorstellen en wat voelen we bij iets wat we niet kunnen zien? En hoe gaan we daar samen mee om?
We willen zeker niet moraliserend zijn maar willen wel op een luchtige grappige manier omgaan met onderwerpen die misschien niet per se luchtig zijn.
Wat dat betreft is het cliché ‘de lach zit heel dicht bij de traan’ wel echt waar.
Ik vind het heel belangrijk dat zo’n voorstelling iets is wat we samen beleven, artiesten en publiek. Samen voelen. We hoeven niet alles te begrijpen. We kunnen zoveel leren door alleen maar na te denken en niet proberen het antwoord te krijgen. Ik denk dat dat het belangrijkste is wat cultuur doet. En daarom is het ook een basisbehoefte. Blijven kijken, vragen blijven stellen en saamhorigheid zoeken. Het antwoord is dan eigenlijk niet zo belangrijk.’
Geschreven door:
Manon Haffmans